top of page
Ein1844v2_edited_edited.jpg

MAX STIRNER - EEN WERK

Max Stirner - De enige en zijn eigendom (1844)

​

Recent verscheen er een nieuwe vertaling van een boek dat tot op vandaag als een vloek doorheen de kathedraal van de filosofie galmt. De enige en zijn eigendom past in een tijdskader: een periode waarin de ideeënvloed van de Franse Revolutie het Duitse Rijk overspoelt en met het opkomende nationalisme een gevaarlijk hoogtij bereikt; een periode waarin het links-hegelianisme genadeloos afrekent met de godsdienst en in toenemende mate ook de staat viseert; een periode waarin de radicale kritiek Hegels filosofische hoogbouw doet wankelen...

​

Tegelijkertijd strekt de inhoud en de impact van De enige en zijn eigendom zich ver voorbij zijn tijd uit. De klassenstrijd en het revolutionair elan van de jaren ´40 gaven aanleiding tot nieuwe maatschappelijke blauwdrukken en luchtspiegelingen. Liberalisme, communisme en republicanisme riepen in die blauwdrukken het moderne politieke subject in het leven: het liberalisme reduceerde het individu tot een rechtspersoon zonder eigenwil, met de aalmoes van een eigendom als troost; het communisme kondigde een tijdvak aan waarin alle eigendom zou terugvloeien naar de samenleving en maakte zo het individu tot een bezitsloze lomp; voor de kritische voorstanders van de republiek ten slotte moest de eigenheid het ontgelden voor de mensheid.

​

Onder elk van deze regimes wordt het individu van vlees-en-bloed met strakke riemen aan het procrustesbed van een algemeenheid gebonden. De abstracties van staat, maatschappij en mensheid verstootten God van de troon, maar uit hun morele vlijt wordt duidelijk dat het slechts om een paleisrevolutie ging: God wordt mens, zonde wordt misdaad, vroomheid wordt deugdzaamheid of burgerzin, boete wordt straf, catechismus wordt wetboek. Daar ben ik het instrument van een transcendent idee (Onze Vader in de hemel), hier het werktuig van een immanent idee (de mens) – in beide gevallen vergeet ik dat een schepsel van mijn geest – een gedachte – mij, de denker, aan zich onderworpen heeft.


Wanneer ik die hele carnavalsstoet van abstracte ideeën (het goede, het ware, de maatschappij, het goddelijke, het menselijke...) opnieuw in me opneem, worden ze opnieuw mijn eigendom en kom ik, de eigenaar, opnieuw in het middelpunt van de belangstelling te staan. Uiteindelijk verwijzen alle vooronderstellingen, principes enz. immers naar die ene zwijgende voorwaarde die ikzelf ben. Alle filosofische bouwsels berusten op deze systematische vergeetachtigheid: te denken dat er een denken bestaat zonder denker die het draagt. Maar wat opgaat voor de gedachte geldt evengoed voor het ding; een idee wordt van mij door mijn begrip en iets wordt het mijne door mijn grijpen. Zolang ik het in mijn greep kan houden, blijft het dat ook. Maar net zoals een idee kan vastroesten en me aan haar heerschappij kan onderwerpen, kan ik ook het bezit worden van mijn bezittingen. En Stirner wijst erop dat we in een wereld van bezetenheid leven. Ten slotte zijn ook mijn relaties mijn eigendom: ik verenig me met anderen omdat deze vereniging me bevredigt en versterkt. Maar ook deze vereniging kan zich boven mij verheffen en zo tot samenleving of status/staat worden: een vereniging waaraan ik me aan te passen heb en die ik moet bevredigen en versterken zonder enige garantie dat ik er zelf beter van word.


De enige en zijn eigendom is de lege plaats in de Nederlandstalige filosofische bibliotheek; een ontbrekend puzzelstuk; een verzwegen bron, waaruit vele denkers gulzig dronken. Voorbij de ideeëngeschiedenis daagt het boek ieder van ons uit om te zondigen tegen de heilige geest van het denken en zonder schroom in het middelpunt van ons leven te gaan staan.


De enige en zijn eigendom werd eind 2011 opnieuw vertaald en in zelfbeheer uitgegeven. De uitgave wordt ingeleid door een tekst die het boek historisch en filosofisch kadert en toegankelijk maakt. De tekst in annex belicht met name de sociale implicaties van Stirners denken en bespreekt de voornaamste bezwaren die ertegen werden ingebracht.

​

De vertaler

EEN WERK

bottom of page